Kunstkaart
In deze installatie wordt gebruik gemaakt van de toeschouwer en de opstelling van projectoren. De toeschouwer die door de projectie ("You Are Perfect")heenloopt, iets wat normaal vermeden dient te worden in exposities, onthult met zijn schaduw een tweede projectie ("You Are Nothing"). Het contrast tussen de twee teksten is op deze manier zowel inhoudelijk als in de situatie aanwezig en tevens refereert het aan de plek van de toeschouwer als passant of onderdeel van de installatie.