Kunstkaart
kanten in kunt kijken. Aan beide kanten wordt je geconfronteerd met hetzelfde in rode stof uitgevoerde interieur met daarin het woord "doordraaien". Het is aan jou om de dialoog aan te gaan met wat je ziet en wat je leest. Om meer dan de buitenkant te zien zul je iets door de knieen moeten gaan om via een smal kijkgaatje een nieuwe, wereld te betreden. Mijn werk is intiem door het formaat en de wijze waarop het bekeken moet worden, maar algemeen in zijn boodschap. Daardoor blijft het altijd de keuze van de toeschouwer om de confrontatie aan te gaan.
Belangrijk is daarom ook de stap die de toeschouwer zelf moet nemen om het werk te ervaren: door een boek bladeren, een object zelf uitklappen, open staan voor een sfeer die bepaalde associaties op kan roepen.
Wat hebben mijn ruimtes te vertellen en welke vrijheid schuilt er juist in de begrenzing van een interieur(of boek)?