“Mijn werk evolueerde vanaf 1982/83 van collages in diverse technieken (fotografie) via landschap impressies met daarin tekens van menselijke activiteit (staketsels) of aanwezigheid (schaduwen) naar een thematiek waarin de figuur van een symbolische wachter centraal staat.
“Een wachter is dan een symbool voor de mens als ‘levensmedium’ als deelnemer, observator en archivaris van het leven.”
“Later in het (schilder ) werk wordt de materie verf zelf steeds belangrijker en gaat deze zich, naast gebruiksmiddel, meer en meer als een zelfstandig beeldend element manifesteren. “Dan staat ook een ander symbool centraal; “het wiel” teken van/voor tijd, eeuwigheid, immer doorgaande beweging en dynamiek.”
“In mijn bronzen werk ik aanvankelijk de bovenbeschreven wachterthematiek in een iets andere vorm uit. De beelden zijn doorgaans unica, gegoten in cire perdue (verloren was methode), gemodelleerd met natuurlijke materialen als takjes, stukken (schilders)linnen en sisaltouw, deze werken verbeelden zo een synthese van natuur en cultuur, natuur door het materiaalgebruik en cultuur door de menselijke (wachter) figuratie.” “Ook dit ruimtelijk oeuvre ontwikkelt zich, via constructies met symbolen waaronder wielen, die de vertekening van de tijdsbeleving verbeelden, naar werken waarin de gestyleerde mensfiguur weer opduikt, die dan vooral de worsteling van de mens met de tijd illustreert. “
In de laatste jaren lopen de verschillende technieken door elkaar, foto’s van o.a. (eigen) beelden, al dan niet in combinatie met de geschilderde verbeelding van tijd en momenten, vormen soms meerluiken, beïnvloeden en vullen elkaar aan. Zo ontstaat werk dat een metafoor wordt voor de waarneming en de invloed die tijd, context en “weten” hierop uitoefenen.
Alles bestaat in de tijd.